Het is al even geleden dat we elkaar gezien hebben. Vandaag, na ongeveer tweeëneenhalve maanden, gaan we elkaar weer zien. De laatste keer dat ik jou zag was dat omdat ik met spoed ergens moest zijn. Jij ving me toen op. Dat was niet een moment waarop we lekker even konden gaan bijpraten of iets leuks gaan doen. Vandaag is dat wel zo. Ik heb er zin in, ik kijk er al dagen naar uit en terwijl ik naar Zwolle rijd om je daar op te halen merk ik toch wel dat ik wat spanning krijg. Gek is dat eigenlijk, maar eigenlijk ook weer niet. Ik heb je lang niet gezien en ik heb je veel te vertellen. Ondanks dat we hele dagen met elkaar praten via whatsapp. Nou ja praten, we typen naar elkaar. Tenzij je Sander heet natuurlijk want ik stuur nogal wat spraakberichten. Maar goed, je snapt me wel.
Aan het begin gaat het dan toch niet zo makkelijk. Ik was al wat later dan gepland en je moest me ook nog zoeken. Als ik voor het eerst met de auto ergens rijd dan verdwaal ik nog wel eens, oeps. Foutje, bedankt. Gelukkig heb ik de route van treinvervangend vervoer in mijn hoofd en is het niet een lange zoektocht. Als ik stilsta en rondkijk richting de uitgang van het station zie ik je lopen. Ik zwaai naar je om je te begroeten. Heb je dat gezien? Ik twijfel eigenlijk wel. Al snel zie ik dat je me gevonden hebt. “Leg je spullen maar achter neer”, zeg ik tegen je. Jij opent de achterdeur, maar ik bedoelde de kofferbak. Het eerste wat je ziet; flesjes. een heleboel flesjes. Een kofferbak vol met heel veel flesjes. Lege flesjes zijn het. Die gaan onderweg even afgeleverd worden bij de supermarkt. Het zijn er zoveel, dat jouw koffer bijna geen plaats heeft. Oeps, foutje. Nog één.
De reis naar Groningen verloopt op zijn zachtst bijzonder. Terwijl ik rijd en met jou praat erger ik me dood aan het verkeer voor me. Ik heb zo’n hekel aan mensen die bumperkleven, tijdens het rijden op hun telefoon zitten of links blijven rijden. Waarschijnlijk lach je diep van binnen enorm. Dat kan ik me voorstellen. Gelukkig hebben we een hoop om over te praten. Dat maakt het praten met jou altijd zo leuk. Er zijn zoveel dingen waar wij het over hebben. Niks is te gek eigenlijk. Alles komt een keer aan bot. Het allermooiste vind ik nog wel dat jij naar me luistert. Hoe weet ik dat eigenlijk, dat je naar me luistert? Nou dat is vrij simpel kan ik je vertellen. Je onthoud wat ik zeg, niet alleen de belangrijkste details maar gewoon alles. Hoe je doet is voor mij één groot raadsel, maar ik ben er wel blij mee. Ik vind het zelfs fijn, heel erg fijn. Je bent altijd op de hoogte van de dingen die ik meemaak en jij merkt het als eerste wanneer er iets met mij aan de hand is. Jij trekt dan aan de bel.
Een leuk voorbeeldje: wanneer ik moe ben en niet wil slapen bijvoorbeeld. Je zal het vast wel merken maar afgelopen nacht was er eentje die niet heel erg lang was. Kort slapen en vroeg opstaan is een combinatie die mij niet helpt en dat weet je. Jij weet ook dat mijn nacht vol spanning heeft gezeten. Ik kijk er al zo lang naar uit om jou te zien en nu ben je er. Het geluk gaat in mij op. Wat ik ook zeg en hoe ik me er om heen probeer te praten, jij grijpt in. Het is tijd om even op mijn bed te liggen. Tijd om even te ontspannen en half te slapen. Een dutje moet nog even wachten want eerst heb ik online les. Na mijn laatste online les is het tijd voor ontspanning en rust. Je zou het een powernap kunnen noemen, maar eigenlijk ook weer niet. De ogen gaan in eerste instantie niet dicht. Wat ik wel doe, is meteen bij jou gaan liggen. Dat heb ik je op Whatsapp wel eens verteld dat ik dat wilde doen. Ik maak mijn woorden waar, zonder na te denken of je dat wel wilt. Gelukkig komt er geen nee bij jou vandaan.
Zodra ik tegen jou aan lig merk ik dat mijn hartslag omhoog gaat. Niet omdat ik drukker word of iets dergelijks, maar omdat ik spanning voel. Positieve spanning. Ik probeer te voorkomen dat je het merkt maar dat lukt niet helemaal. Nog voor ik het weet pak je me vast, pas je de trucjes toe om mij in te laten dutten en voor ik het weet lig ik te slapen. Als een kip zonder kop maar dan beter. Jij slaat een arm om mij heen, houdt me vast en laat merken dat je me beschermt. Ik mag dan in slaap gevallen zijn maar ik voel het aan wanneer iemand mij beschermt. Het ligt heerlijk, echt heel erg lekker. Het liefste zou ik zo dagen willen blijven liggen. Als het zou kunnen, prima.
Wie slaapt wordt natuurlijk ook weer wakker. Dat gebeurt na ongeveer een uurtje. Meteen merk ik op dat jij bij mij bent. Mijn hartslag blijft laag. Ik voel me anders. Anders op een positieve manier. Veilig. Veiliger dan dat ik mij normaal voel wanneer ik wakker word. Dan kijk ik je aan. Ik zie dat je zelf ook bijna in slaap valt. Ik bedenk me geen seconde en geef je een knuffel. De knuffels van jou zijn warm en fijn. Die wil ik jou ook geven. Daarna schuif ik een klein stukje op. Nog steeds lig ik bij jou en tegen je aan, maar ik kan nu wel beter naar jou kijken. Dat voelt erg goed. Zo goed, dat ik je aan blijf kijken. Als ik naar jou kijk dan zie ik jouw prachtige ogen. Daar kan ik zo erg van genieten.
Nu weet ik dat je niet goed bent in staarwedstrijdjes. Dat heb je zelf gezegd. Misschien op een ander moment maar het zit in mijn hoofd. Ik kijk je toch aan, recht in je ogen. Niet heel kort maar een tijdje. Ik weet niet precies hoe lang het duurt, maar ik weet wel dat mijn hartslag met de seconde omhoog gaat. Op een gegeven moment klopt mijn hart zo snel, dat het even lijkt alsof ik op het maximale zit. Dan ineens pak ik je vast. Jij pakt mij vast. We kijken elkaar weer aan en onze ogen komen steeds dichter bij elkaar. Het duurt even en de staarwedstrijd gaat door tot jij je ogen sluit. Ik sluit mijn ogen ook, zonder na te denken wat het betekent. Nu merk ik dat we nog dichter naar elkaar toe komen. Ik voel jouw warme lippen op mijn lippen terecht komen. Op dat moment zie ik vuurwerk. Er zijn mensen die beweren dat het slechts een metafoor is, maar het is echt. Het blijft dan ook niet bij één kus, het worden er meer. Keer op keer zie ik hetzelfde. Dit is het moment waarop we allebei beseffen dat we gevoelens voor elkaar hebben. Zoiets gebeurt niet zomaar. Het is magisch. Ik zag dit niet aankomen, jij ook niet. We kunnen hier niet meer omheen. Ons gevoel is duidelijk. Ik krijg het hier warm van. Warm op een positieve manier. Ik geloofde niet meer in liefde na de vorige keer, maar op één of andere manier heb je in een paar uur tij daar verandering in gebracht. Wij hadden dit beide niet zien aankomen, maar toch is het zo. Jij bent de persoon die dus echt mijn leven verandert op de meest positieve manier. Love is in the air, in the air between us. ❤️
Afbeelding van S. Hermann & F. Richter via Pixabay
Nog geen reactie. Ik zou zeggen, plaats er 1.